zondag 31 juli 2011

Samenvatting van het meest onwaarschijnlijke

"Wat goed te maken?" vroeg de bouwvakker bij het zien van de bos bloemen die hij kort daarvoor had gekocht.
Hij probeerde te lachen.
Een soort van ons kent ons, of iets wat er mogelijk dan toch een beetje in de buurt zou kunnen komen.
De bouwvakker vertaalde zijn onbeholpen poging schijnbaar als bedoeld en beantwoorde hem met een grijns.

Toen hij haar, korte tijd later, de laatste chocolade gaf en ze glimlachte herkende hij haar heel even.
Het had, voor die enkele seconden, tien jaar geleden kunnen zijn.
Ze had op kunnen staan en hem kunnen vragen of hij de nieuwe planten in haar tuin al had gezien.
Ze had hem, op zijn door tranen gedwongen zwijgen, vragend kunnen aankijken: Waarom ben je zo stil kind?

Maar toen ze met een beetje chocolade in de mondhoek haar ogen naar achteren liet vallen en in een, door de morfine veroorzaakte, roes weg dwaalde drong de realiteit veel te snel weer binnen.
Toen hij haar bij het afscheid kuste was ze daar opeens weer, ze hield zijn gezicht met beide handen vast en begon te huilen.
-"Zien we elkaar straks in de hemel weer?" vroeg ze.
Zijn leugen stelde haar zichtbaar gerust, hij nam haar weggenomen tranen mee naar buiten.
Daar stond de bouwvakker hem begrijpend aan te kijken, hij was daar ook geweest.. zag je zo.
"D'r benn'n d'r veul meer van hoor!"

1 opmerking:

mike zei

Heel raak geschreven, mijn waarde. Gevoelige bouwvakkers, waar vind je ze tegenwoordig nog? U boft maar!